Minder Ooievaarspassen

Elfduizend Hagenaars raken hun Ooievaarspas kwijt, door de landelijk aangescherpte grens voor armoedebeleid. Gemeente en kerk vrezen een sociaal isolement voor duizenden inwoners, onder wie veel kinderen.

In totaal tienduizenden huishoudens met een laag inkomen moeten de kortingskaarten van hun gemeente inleveren, blijkt uit een inventarisatie van de Volkskrant. Voorheen werden de kortingspassen verstrekt aan inwoners met een inkomen tot 130 procent van
het bijstandsniveau. Die norm is dit jaar door het kabinet verlaagd tot 110 procent, voor al het lokale armoedebeleid. Zo hebben mensen ook minder snel recht op bijzondere bijstand of korting op ziekenkostenverzekeringen.
Volgens de Armoedemonitor 2012 hebben 55.000 van de 260.000 Haagse huishoudens een inkomen tot 110 procent van het sociaal minimum. Zij kunnen een Ooievaarspas aanvragen. Er zijn 75.000 Ooievaarspassen in omloop, waarvan 5.500 in de randgemeenten Rijswijk en Leidschendam-Voorburg.
Het gebruik van de pas kost Den Haag jaarlijks drie miljoen euro aan vergoedingen
voor korting bij aangesloten aanbieders. In totaal geeft de stad 30 miljoen euro uit aan minimabeleid. In Zoetermeer hebben 1.750 minder inwoners recht op de ZoetermeerPas. Vorig jaar hadden 8.945 Zoetermeerders nog een kortingspas. De gemeente is 322.952 euro kwijt aan de ZoetermeerPas. Zoetermeer heeft de criteria voor de pas aangescherpt, maar bezuinigt verder niet op armoedebeleid.

Er is veel kritiek op de verlaging van de inkomensgrens voor armoedebeleid. Een meerderheid van de Haagse gemeenteraad vreest dat voor duizenden inwoners een sociaal isolement dreigt. De stad wil daarom dat het volgende kabinet de norm weer verhoogt. De Diaconie van de Protestantse Gemeente en de stichting voor Stad en Kerk
(STEK) vindt ook dat de verlaging van de inkomensgrens moet worden herzien of ingetrokken. Ze vroegen onlangs tijdens de manifestatie ‘Delen achter de Duinen’ in Den Haag aandacht voor armoede onder kinderen. Het Centraal Bureau voor Statistiek
plaats de gemeente Den Haag vierde op de lijst van gemeenten met het hoogste aandeel huishoudens met een laag inkomen. Als het over de positie van kinderen gaat, staat Den Haag in 2009 tweede (direct na Rotterdam) en in 2010 vierde. Van de 104.102 kinderen
die Den Haag in 2011 telt, groeien er 22.296 op in een huishouden met een minimuminkomen, dit is 21 procent van alle kinderen in de gemeente, evenveel als in 2009.
“Vergeleken met andere grote steden is de armoedebestrijding van de gemeente Den Haag effectief gebleken, gezien de gestage terugloop van het aantal arme gezinnen”, concluderen de Diaconie en STEK in hun brochure. “Maar als de vooruitzichten niet bedriegen is die trend in 2010 omgebogen naar een nieuwe toename. De gemeente
moet zich daarvan bewust zijn en op de doorwerking van de economische crisis anticiperen.”
De kerkelijke organisaties benadrukken dat armoede niet alleen een kwestie is van tekort aan geld, maar vooral ook leidt tot allerlei vormen van sociale uitsluiting. “Kinderen die
in armoede leven gaan minder gauw naar sportverenigingen, doen minder aan cultuur en muziek, gaan minder mee met schoolreisjes en kindervakantiekampen.” De Diaconie en STEK verwachten dat meer kinderen sociaal worden uitgesloten door de verlaging van de inkomensgrens voor de Ooievaarspas.